De Ontdekking
"De Zeeburgerdijk is een dijk met een lange historie. Reeds in de dertiende
eeuw loopt er een dijk vanaf de Waag, de Anthonibreestaat, Jodenbreestraat,
door de huidige Plantagebuurt en vanaf de Mauritskade oostwaarts via de
Zeeburgerdijk en de Diemerzeedijk (de St. Anthonis Dyck en Zee Dyck). We
kunnen ons nauwelijks voorstellen wat een bedreiging de Zuiderzee toen was.
Regelmatig wordt de dijk geteisterd door hoge stormvloeden. Het achterliggende
land loopt vaak onder water en in 1422 ontstaat zo het "Nieuwe Diep". Hoewel
veel werk wordt verzet om de dijk in goede staat en op peil te houden, vinden
toch regelmatig dijkdoorbraken plaats. In 1651 breekt het
water opnieuw door de Zeeburgerdijk en vliegt het met groot geweld over
het lager gelegen land, richting de Watergraafsmeer, toen nog Diemermeer
- en ook deze dijken breken. In de Zeeburgerdijk worden twee bressen geslagen,
waarachter, in de kolkgaten, waterplassen ontstaan. De grootste plas ligt
achter de Zeeburgerdijk tussen de Celebes- en de Molukkenstraat. Deze plas
heette "de Groote Braak", of "St. Jorisbraak". De tweede plas, wat kleiner
en bekend als "de Braak", lag verder oostelijk langs de Zeeburgerdijk, op
de plek waar later de Joodse Begraafplaats en veel later, in 1968, het Flevohuis
zullen komen. De kleine "Braak" werd in 1714 gedempt, de "Groote Braak"
in 1723. In het gebied wat nu Indische buurt heet, kruisten de rechtsgebieden
van Amsterdam, Diemen en de gemeente Nieuwer-Amstel, het latere Amstelveen
elkaar. Niet voor niets vestigden zich aan de Zeeburgerdijk buiten Amsterdam,
meerdere herbergen, dank zij de onduidelijkheid over verordeningen en rechtsgang.
Een vergunning is eenvoudig te krijgen en de accijnzen zijn laag. In 1578,
het is de tijd van de reformatie, werden op de dijk als een soort vrijgebied,
godsdienstoefeningen en vurige hagepreken gehouden. Die protesterende agitatie
was niet welkom in Amsterdam. |